Ik was verliefd op dit verhaal voordat ik maar een letter gelezen had. West maakt de lezer nieuwsgierig met een prachtige omslag en de belofte van een ontdekkingstocht en laat hem daarna net zo nieuwsgierig achter.
West (2019)
Pennsylvania, begin negentiende eeuw. Als weduwnaar en muilezelhouder Cy Bellman in de krant leest dat er gigantische, eeuwenoude botten zijn ontdekt in het modderige Kentucky, verlaat hij zijn kleine boerderij om met eigen ogen te zien of het gerucht dat er nog steeds reusachtige monsters rondstruinen in de wildernis achter de Mississippi waar is. Met de belofte dat hij zijn dochter Bess vaak zal schrijven en dat hij binnen twee jaar terug zal keren, laat hij haar achter bij zijn nukkige zus en trekt naar het westen.
Met alleen een oude schuur vol miserabele dieren en de gouden ring van haar overleden moeder vult Bess eenzame dagen met het volgen van haar vaders route op kaarten in de bibliotheek en wachtend op zijn brieven. Ondertussen dwaalt Bellman steeds verder weg van huis door onherbergzame en vreemde landschappen, op een roekeloze zoektocht naar het onbekende.
Nieuwsgierigheid
“Wanneer hij zijn ogen sloot, bewogen ze in het donker achter zijn oogleden, traag, geruisloos, alsof ze door water waadden – ze liepen en ze zweefden, onophoudelijk ontsproten ze aan zijn verbeelding en vervluchtigden vervolgens in het zwart erachter, waarna ze hem geheel ontglipten en alleen de gedachte door zijn hoofd bleef zijn spoken dat ze bestonden, dat ze ergens rondliepen, ergens in het onbekende, ergens in het westen buiten de Verenigde Staten, in een woestenij van rivieren en bomen en vlakten en bergen, ergens waar je ze met eigen ogen zou kunnen aanschouwen als je er maar wist te komen en ze wist te vinden.”
Nieuwsgierigheid. Dat is het beginpunt van de novelle van de hand van Carys Davies. West is de debuutroman van de schrijver na twee eerder gepubliceerde korte verhalen collecties.
Ik was verliefd op dit verhaal voordat ik maar een letter gelezen had. Een ontdekkingsreis, de negentiende eeuw, dinosaurussen. En oké, misschien ook wel een beetje deze prachtige omslag. Ons hoofdpersonage, Cy Bellman, is overkomen door nieuwsgierigheid en kan daardoor niet anders dan op reis gaan. De nieuwsgierigheid is zo groot dat zelfs zijn jonge dochter niet genoeg reden is om thuis te blijven.
De dochter, Bess, is de andere helft van dit boek. Het verhaal van de thuisblijver, iemand die de nieuwsgierigheid niet ervaart. Of misschien wel, maar de keuze niet heeft om weg te trekken. Haar taak is om een man te vinden, het echte avontuur is haar niet gegund.
Vragen komen op bij de lezer; de waarde van een leven, de waarde van tijd, de waarde van nieuwsgierigheid. Wat is alles waard als een antwoord niet gegarandeerd is?
Open plekken, prachtig taalgebruik
In alles voel je dat dit boek komt van iemand komt die voorheen vooral korte verhalen schreef. Eerlijk toegegeven, ik ben niet de grootste korte verhalen lezer. Maar een aantal collecties hebben mij ooit weten te bekoren. Korte verhalen schilderen een hele wereld voor de lezer, een wereld waar je maar even mag binnenkijken voordat het einde van het verhaal alweer nadert. Raken verschillende onderwerpen aan zonder echte uitleg en gebruiken open plekken om de lezer nooit helemaal het antwoord te geven. Korte verhalen zijn kort, voor mij vaak te kort.
En precies die karakteristieken zijn ook terug te vinden in West. In korte hoofdstukken wordt meteen nieuwsgierigheid aangewakkerd, de belofte van een zoektocht. Naar iets wat de lezer al weet wat op niets zal uitkomen, wij leven niet meer in de negentiende eeuw. Wij weten dat botten alleen maar botten zijn. Maar misschien weet dit boek toch meer dan ons.
Open plekken komen en gaan. Je wordt overdonderd door het prachtige taalgebruik, zinnen om op tegeltjes te plakken zodat een hoofdstuk soms twee keer gelezen moet worden voordat je weet wat je nu precies tegenkomt. En uiteindelijk ook precies mist.
Het verhaal van Bess, een meisje alleen, mannen die in de huidige tijd stalkers genoemd zouden worden. Een tante ongelukkig met de rol die zij behoort te vervullen.
Een jongen, in het boek een indiaan genoemd, komt te werken voor ons hoofdpersonage. Bellman is een witte man met een rossige baard. “Hij had nog maar één keer eerder een roodharige witte gezien, op de dag dat kolonisten waren gekomen en de gewassen en tenten van zijn stam in brand hadden gestoken.”
Kolonialisme, ongelijkheid, woede, verlies. Allemaal even kort aangeraakt en zo weer voorbij, door naar het volgende hoofdstuk. ‘Zie maar wat je er mee doet, lieve lezer.’ fluistert de schrijver je toe. En dagen later vraag ik me dat nog steeds af, West spookt.
Kortom
West is een boek waar ik meer verliefd was op het idee van het verhaal dan de uiteindelijke uitvoering. Ik ben verliefd op de onderdelen, tal van zinnen die onderstreept werden in mijn eigen exemplaar, maar ook zinnen die me deden verlangen naar meer.
Ja, meer, wij lezers lijken altijd meer te willen. Maar ik weet ondertussen ook dat het juist een talent om een groot verhaal in zo’n bijzondere, kleine verpakking te verstoppen. Het is simpel om een dik boek te schrijven, bladzijde na bladzijde, om zoveel mogelijk detail in een boek te stoppen en de lezer zo te overtuigen. Maar dat doet West niet – West houdt zich klein – een reis van seizoenen en bergen, in amper 200 bladzijdes.
En is dat eigenlijk niet heel tof? Een boek over een zoektocht, een zoektocht gedreven door nieuwsgierigheid. Een boek daarover laat de lezer precies zo achter. Misschien nog één berg verder, misschien vinden we daar wel wat we zoeken.
Misschien ben ik toch wel meer verliefd dan ik dacht.
“Bellman vond het een prachtig verhaal en hij voelde zich erdoor gesterkt – het idee dat er ongeacht je beeld van de wereld die bekend was, buiten die wereld altijd dingen waren die je niet had kunnen dromen.”
Details
Titel: West
Auteur: Carys Davies
Vertaler: Nicolette Hoekmeijer
Uitgever: Meulenhoff
Datum van verschijnen: januari 2020
Blz: 175
ISBN: 9789029093231