Eigenlijk al sinds ik me kan herinneren lees ik boeken over de oorlog. Het dagboek van Anne Frank toen ik dertien was. Oorlogswinter van Jan Terlouw opgekruld in een stoel – mond open, kriebels van spanning in m’n buik – iets eerder. Recenter waren het boeken als Het meisje met de vlechtjes van Wilma Geldof en De Tunnel van Anna Woltz die opnieuw een blijvende indruk achter hebben gelaten.
Het waren boeken die echt spannend waren, maar met elkaar jaar toch weer enger werden. Omdat met elk jaar het besef groeide. In elk verhaal zit een kern van waarheid, dat wist ik, maar in elk oorlogsverhaal zit er nog veel meer dan dat. Toch spraken de boeken altijd net genoeg van ‘de toekomst die volgde, zonder oorlog’ dat een volgend boek over de oorlog nooit zou afschrikken.
Misschien waren het de verhalen die ik van mijn eigen familie niet hoorde, terwijl ik wel wist dat ze er waren, die maakten dat ik het ergens anders zocht. Ondertussen kan ik ze niet meer vragen en dat geldt voor velen van ons. De mensen die ons over de oorlog konden vertellen zijn er ondertussen bijna niet meer, de verhalen blijven over. En ondertussen zijn er, zo ontdekte ik, weer nieuwe verhalen over dezelfde oorlog.
Ik ben eigenlijk nooit gestopt met deze verhalen lezen. Het riedeltje van deze jeugdboeken was mij ondertussen bekend. Wij in Nederland geloven in de noodzaak om deze gruwelijke historische periode door te geven, maar tegelijk rekening te houden met het kwetsbare kind dat het verhaal te horen krijgt. Oorlogsverhalen in de Nederlandstalige jeugdliteratuur bevatten dus altijd een kern van het laten zien, maar ook een kern van hoop.
En zo ervaarde ik deze boeken ook.
In april 2020 las ik een boek wat mij op een ander spoor zette. Een boek over de oorlog, maar dat zich ná de oorlog afspeelde. Geen boek over mensen die moeten onderduiken, maar wel een boek waar de gordijnen toch nog strak dicht werden gehouden. Een boek over ondraaglijk verdriet, oorlogsverdriet, dat zelfs op de volgende generatie is doorgegeven. Ik zal je bewaren van Jeska verslagen. Over Jesje, die een schrijnend familiegeheim aan de oppervlakte brengt.
Dit boek maakte zo’n indruk op me dat ik er mijn thesis onderwerp van maakte. Een onderzoek naar verhalen van tweede en derde generatie slachtoffers. Boeken over kinderen en kleinkinderen van mensen die de oorlog hebben meegemaakt. Zij zijn de volgende en daaropvolgende generatie, toch is het schrijnend duidelijk dat de oorlog nog wel degelijk in hen leeft. Eigenlijk in ons allemaal doorleeft.
Het was een zoektocht, dit onderwerp wordt in tegenstelling tot veel andere onderwerpen niet veel belicht in de Nederlandstalige jeugdliteratuur. Mijn thesis baseerde ik eindelijk op een rijtje van vier boeken die jullie op de foto kunnen zien. Ik koos ervoor om twee kanten te belichten van een oorlogstrauma, bijna een zwart/wit tegenstelling terwijl de realiteit bestaat uit grijstinten. Mensen kan je bijna niet onderverdelen in goed of fout, hun kinderen en kleinkinderen ook niet.
Ik voel geen behoefte om alle details van mijn thesis te delen. Een thesis schrijven is een emotionele ervaring, dit onderwerp des te meer. Maar deze boeken vertelde mij, en alle andere lezers, dat de oorlog helemaal niet voorbij is. De hoopvolle toekomst kwam wel, maar toch niet helemaal. Want de oorlog liet nog steeds zijn littekens achter, zelfs nu wij de vrijheid vieren.
En dat zien we in het feit dat Jesje niet te veel mag opvallen van haar moeder en dus stil en klein wil blijven. In Grondvuur van Mirjam Gielen omdat Eva zo wanhopig probeert een betere moeder te zijn voor haar kind, maar haar kind het compleet anders ervaart. Het zit in Sander uit Schimmen uit het verleden van Theo van Engelen omdat hij niet weet waar hij zijn emotie kwijt moet als hij wordt geconfronteerd wordt met de oorlogsgebeurtenissen waar thuis niet over gesproken mag worden. Het schrijnt in Peter uit De schaduw van het verleden als er op straat negatief over hem gefluisterd wordt, en hij niet kan plaatsen waarom.
Het waren allemaal boeken over stilte, waarover juist gesproken moet worden.
De boeken die ik onderzocht zijn voor mij de essentie waarom ik als kind, en kinderen van vandaag, nog steeds op zoek gaan naar oorlogsverhalen. Verhalen die eigenlijk te gruwelijk zijn om echt woorden aan te geven, maar wel verhalen zijn die gehoord en gelezen moeten worden. Omdat het beeld van een hoopvolle toekomst een beetje vertekend was. Er kwam wel een toekomst zonder oorlog, maar toch is de oorlog nooit ver weg.
Vandaag is het 4 mei en herdenken we de oorlog 77 jaar na het officiële einde van de tweede Wereldoorlog.
Laten we deze verhalen blijven vertellen. Ook in 2022, en nog vele jaren hierna.